Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
José van Dijck, UvA-hoogleraar Comparatieve mediastudies, is verkozen tot president van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW). Van Dijck start op 18 mei 2015.
José van Dijck FGw Mediastudies
Foto: Milette Raats

De selectiecommissie meent dat Van Dijck als president de KNAW uitstekend zal vertegenwoordigen ‘op basis van haar internationale aanzien, passie voor de wetenschap, bestuurlijke ervaring en sprankelende overtuigingskracht’.

Van Dijck over haar benoeming: ‘Het is een enorme eer om door bestuur en leden van de KNAW te zijn geselecteerd als hun president voor de komende drie jaar. Natuurlijk sta ik op de schouders van reuzen: Hans Clevers, Robbert Dijkgraaf en Frits van Oostrom hebben van de KNAW gemaakt wat het nu is: een eerbiedwaardig instituut, bevolkt door eminente wetenschappers die midden in de wereld staan. De Jonge Akademie en de Akademie van Kunsten zijn twee parels aan de kroon van de KNAW, en ik zie er enorm naar uit om samen met alle leden de ramen van het Trippenhuis nog verder open te zetten.’

Van Dijck doet onderzoek naar sociale media, mediatechnologieën en digitale cultuur. Zij werd in 2000 aan de UvA benoemd tot hoogleraar Televisie, media en cultuur bij het departement Mediastudies, waarvan ze van 2002 tot 2007 voorzitter was. Van 2008 tot 2011 was ze decaan van de Faculteit der Geesteswetenschappen. 

Van Dijck speelde een belangrijke rol bij de totstandkoming van CLARIAH, een consortium van geesteswetenschappelijke onderzoeksinstellingen, waaronder vier KNAW-instituten. Als gasthoogleraar en gastdocent was zij verbonden aan onder meer het Massachusetts Institute of Technology (MIT), de University of Technology in Sydney en de Annenberg School of Communication van de Universiteit van Pennsylvania. In 2013 verscheen haar boek The Culture of Connectivity. A Critical History of Social Media, waarin zij een historische en kritische analyse geeft van de opkomst van sociale media.

Van Dijck volgt Hans Clevers op, die zich weer volledig wil kunnen wijden aan zijn onderzoek als geneticus en arts.