28 september 2015
Deze benadering vanuit verschillende disciplines brengt chemische en fysische kennis in verband met het kunsthistorisch onderzoek. ‘ Daardoor kunnen er nieuwe toepassingen ontwikkeld worden die het nationaal en werelderfgoed beter kunnen begrijpen, behouden en visualiseren,’ aldus Robert van Langh, chair van het NICAS en Hoofd Conservering & Restauratie van het Rijksmuseum.
Hoeveel schade zal een pastel oplopen als het vervoerd wordt naar een ander museum? Hoe zagen de schilderijen van Van Gogh, die door de jaren flink verkleurd zijn, er oorspronkelijk uit? Dit zijn slechts enkele vragen waar wetenschappers binnen het NICAS onderzoek naar doen. Door de samenwerking van de vakgebieden natuurwetenschappen, kunstgeschiedenis en conservering & restauratie binnen het NICAS kan integraal onderzoek gedaan worden. ‘ Tot nu toe moesten natuurwetenschappers verspreid over het land ad hoc gezocht worden. Vanaf nu is alle expertise op één plek te vinden binnen het NICAS,’ aldus Louis Vertegaal, directeur NWO-gebied Chemische en Exacte Wetenschappen. Dit biedt een solide basis voor het ontwikkelen van betere restauratie- en conserveringstechnieken, het kiezen van optimale bewaaromstandigheden en voor het beter begrijpen van kunstobjecten en van hun geschiedenis.
Het NICAS is een samenwerking van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) ,het Rijksmuseum, de Universiteit van Amsterdam (UvA), de Rijksdienst Cultureel Erfgoed (RCE), en de Technische Universiteit Delft (TU Delft). Het NICAS zal een gezamenlijk onderzoeksprogramma en een duurzaam onderzoeksnetwerk opzetten dat verschillende disciplines samenbrengt. NWO heeft voor de eerste vijf jaar 5 miljoen euro ter beschikking gesteld. De toekenning van de eerste aanvraagronde voor nieuwe NICAS-projecten zal plaatsvinden in de herfst van 2015.